Een scheiding heeft vroeg of laat vrijwel altijd een verhuizing tot gevolg. De meeste mensen willen immers niet samen blijven wonen als ze uit elkaar zijn. Bij een scheiding met kinderen betekent dit automatisch dat de kinderen voortaan op twee plekken hun thuis zullen hebben. Maar wat als een van de ouders met de kinderen ergens anders wil gaan wonen? Kan dat dan zomaar? Het antwoord is nee.

Ouders die gezamenlijk het ouderlijk gezag uitoefenen over hun (minderjarige) kinderen, dienen beslissingen over die kinderen in overleg en met elkaars goedkeuring te nemen. Dat geldt dus ook voor een ouder die met de kinderen wil verhuizen. De reden hiervoor is dat een verhuizing invloed heeft op het leven van de kinderen. Soms verandert de reisafstand tot school en/of de andere ouder of kan de bestaande zorg- en contactregeling niet in stand blijven door de verhuizing. De andere ouder kan hier moeite mee hebben en de benodigde toestemming weigeren.

Als dat gebeurt, kun je de rechter verzoeken om vervangende toestemming te verlenen voor de voorgenomen verhuizing. Mocht de rechter besluiten dat de verhuizing mag plaatsvinden, dan komt de beslissing van de rechter in de plaats van de toestemming van de andere ouder.

Gelegenheid om toekomst op te bouwen

Het uitgangspunt is dat de ouder bij wie de kinderen hun hoofdverblijfplaats hebben (en dus de meeste tijd wonen), in beginsel de gelegenheid moet krijgen om met de kinderen en een nieuwe partner ergens anders een toekomst op te bouwen. Of het besluit om te verhuizen ook gerechtvaardigd is, hangt af van de omstandigheden van het geval.
Tot 2008 keek een rechter in een dergelijke procedure vrijwel uitsluitend naar het belang van de kinderen. Op 25 april 2008 werd echter door de Hoge Raad bepaald dat álle omstandigheden van het geval moeten meewegen (ECLI:NL:HR:2008:BC5901). Het belang van de kinderen staat voorop, maar dat sluit niet uit dat een ander belang zwaarder kan wegen. 

In de rechtspraak zijn inmiddels de criteria uitgewerkt die een rol spelen bij de beoordeling van een verzoek tot vervangende toestemming voor een verhuizing. Ik zet ze hieronder op een rijtje:

  1. de noodzaak om te verhuizen; 
  2. de mate waarin de verhuizing is doordacht en voorbereid;
  3. de door de verhuizende ouder geboden alternatieven en maatregelen om de gevolgen van de verhuizing voor de kinderen en de andere ouder te verzachten en/of te compenseren;
  4. de mate waarin de ouders in staat zijn tot onderlinge communicatie in overleg;
  5. de rechten van de andere ouder en de kinderen op onverminderd contact met elkaar in een vertrouwde omgeving;
  6. de verdeling van de zorgtaken en de continuïteit van de zorg;
  7. de frequentie van het contact tussen de kinderen en de andere ouder voor en na de verhuizing;
  8. de leeftijd van de kinderen, hun mening en de mate waarin de kinderen geworteld zijn in hun omgeving of juist extra gewend zijn aan verhuizingen;
  9. de (extra) kosten van de omgang na de verhuizing.

Advies nodig?

Vraag je je af of je vervangende toestemming kunt vragen voor een voorgenomen verhuizing of ben je juist van mening dat de verhuizing van je ex-partner met de kinderen niet noodzakelijk is en wil je weten of je terecht geen toestemming geeft? Neem gerust contact met me op.

Bel voor informatie