Hippisch recht gaat om paarden, mensen en emoties en alle problemen die daarbij om de hoek komen kijken. Dat maakt het tegelijk lastig als ook heel interessant.
Neem nu de koop van een 4 jaar oud sportpaard bedoeld om te worden ingezet en verder te worden getraind op L1 niveau en hoger. In het koopcontract is opgenomen een afgegeven positief advies van een dierenarts. Daarnaast verklaart verkoper dat het paard geen ondeugdelijkheden of gezondheidsproblemen heeft die het paard ongeschikt maken voor het doel waarvoor het wordt verkocht.
Het wordt nu even wat technisch maar al binnen een maand na aankoop vertoont het paard verzet onder het zadel en loopt het niet gelijk. Een nieuw ingeschakelde dierenarts stelt vast dat er sprake is van “zwellingen links voor op de kogel en dat op de volte rechtsom enkele passen onregelmatig zijn” (dat u het weet). Als therapie wordt enkele weken boxrust geadviseerd en medicatie. Iets later wordt er door de dierenarts ook vastgesteld dat er sprake is van een zwelling van de sesamschede in het linker voorbeen. Na de boxrust en medicatie verandert er echter in de maanden daarna niets aan het fysisch en medisch beeld. Het paard vertoont ook na rust steeds weer verdikkingen in de peesschede, kan niet deugdelijk worden getraind en vertoont vrij snel na pogingen tot training, weer irritatie. Gezien het mogelijke chronische karakter van de aandoening en de lokalisatie ervan wordt er vervolgens een tenoscopie (kijkoperatie) uitgevoerd. Daarbij wordt chronische schade aan de diepe buigpees vastgesteld. Van belang is daarbij de vaststelling dat de aandoening (hoogstwaarschijnlijk) reeds aanwezig op het moment van de verkoop van het paard.
De koper van het paard wordt van al deze vaststellingen natuurlijk met de dag minder vrolijk. Maar om hem juridisch te kunnen helpen biedt de laatste vaststelling van de dierenarts wel hoopvolle aanknopingspunten. De aandoening is immers chronisch en al bij verkoop aanwezig. Het verkochte paard voldoet daarmee op het moment van de verkoop niet aan eigenschappen die je aan dat dat paard mag stellen, of andersom, heeft het eigenschappen die je niet hoeft te verwachten als koper. Je kunt ook stellen dat de koper hiermee heeft gedwaald bij de aankoop: Als hij dat van te voren had geweten had hij het paard natuurlijk niet gekocht.
Dat alles biedt voldoende aanknopingspunten om, als de verkoper het paard niet vrijwillig terug neemt, in een rechtszaak de koop te kunnen ontbinden en het aankoopbedrag terug te krijgen, eventueel met bijkomende schade voor rekeningen van dierenartsen etc. Dat de verkoper en een dierenarts voorafgaand aan de koop hebben verklaard dat het paard gezond is, doet er hier allemaal minder toe. Zaak is wel dat je een of liefst meerdere verklaringen van dierenartsen hebt waaruit blijkt dát de aandoening chronisch is én al aanwezig bij de verkoop.